Jesaja 2; Micha 4
Als we kijken naar het nieuwe Testament zien we dat de tijd van het tweede verbond (Hebr. 9: 15- 17) consequent samengaat met de term “de laatste dagen”. We zien dan dat de tijd van de gemeente een tijd is die “de laatste dagen” genoemd word.
Vaak denken mensen dat de woorden: “de laatste dagen” een referentie zou zijn naar de dagen net voor de wederkomst van Christus maar niets is minder waar.
“De laatste dagen” zijn woorden en een begrip dat gebruikt word om de tijd aan te geven vanaf de oprichting van de gemeente.
In het boek van Handelingen word daarover al gesproken als Petrus spreekt over de vervulling van de woorden van Joël als van al hetgene dat op deze Pinksterdag gebeurd. De woorden van Joël beginnen dan ook met de woorden: “maar dit is het dat gesproken is door de profeet Joël, en het zal zijn in de laatste dagen”.
Verdere referenties naar “de laatste dagen”:
Door alle bovenstaande teksten zien we dat “de laatste dagen” woorden zijn die de nieuw Testamentische tijd aangeven.
Act 3:22 Want Mozes heeft tot de vaderen gezegd: De Heere, uw God, zal u een Profeet verwekken, uit uw broederen, gelijk mij; Dien zult gij horen, in alles, wat Hij tot u spreken zal.
Act 3:23 En het zal geschieden, dat alle ziel, die dezen Profeet niet zal gehoord hebben, uitgeroeid zal worden uit den volke.
Act 3:24 En ook al de profeten, van Samuel aan, en die daarna gevolgd zijn, zovelen als er hebben gesproken, die hebben ook deze dagen te voren verkondigd.
Act 3:25 Gijlieden zijt kinderen der profeten, en des verbonds, hetwelk God met onze vaderen opgericht heeft, zeggende tot Abraham: En in uw zade zullen alle geslachten der aarde gezegend worden.
Act 3:26 God, opgewekt hebbende Zijn Kind Jezus, heeft Denzelven eerst tot u gezonden, dat Hij ulieden zegenen zou, daarin dat Hij een iegelijk van u afkere van uw boosheden.
1Pe 1:18 Wetende dat gij niet door vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost zijt uit uw ijdele wandeling, die u van de vaderen overgeleverd is;
1Pe 1:19 Maar door het dierbaar bloed van Christus, als van een onbestraffelijk en onbevlekt Lam;
1Pe 1:20 Dewelke wel voorgekend is geweest voor de grondlegging der wereld, maar geopenbaard is in deze laatste tijden om uwentwil,
De wet zou voortgaan vanuit Zion.
Als we kijken naar de nieuw Testamentische gemeente zien we dat deze begonnen is in Jerusalem.
Op de Pinsterdag zien we dat de Apostelen vergaderd zijn in Jerusalem, de Geest komt over hen en de eerste mensen (Joden) worden toegevoegd aan deze gemeente.
Dit alles gebeurde vanuit Jerusalem.
Jerusalem was de plaats waaruit alles is begonnen. Christus is in Jerusalem gestorven en toen Christus is gestorven is het tweede verbond van kracht geworden.
We zien dan ook dat de gemeente in Hebreen beschreven word.
Heb 12:18 Want gij zijt niet gekomen tot den tastelijken berg, en het brandende vuur, en donkerheid, en duisternis, en onweder,
Heb 12:19 En tot het geklank der bazuin, en de stem der woorden; welke die ze hoorden, baden, dat het woord tot hen niet meer zou gedaan worden.
Heb 12:20 (Want zij konden niet dragen, hetgeen er geboden werd: Indien ook een gedierte den berg aanraakt, het zal gestenigd of met een pijl doorschoten worden.
Heb 12:21 En Mozes, zo vreselijk was het gezicht, zeide: Ik ben gans bevreesd en bevende).
Heb 12:22 Maar gij zijt gekomen tot den berg Sion, en de stad des levenden Gods, tot het hemelse Jeruzalem, en de vele duizenden der engelen;
Heb 12:23 Tot de algemene vergadering en de Gemeente der eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, den Rechter over allen, en de geesten der volmaakte rechtvaardigen;
Heb 12:24 En tot den Middelaar des nieuwen testaments, Jezus, en het bloed der besprenging, dat betere dingen spreekt dan Abel.
Heb 12:25 Ziet toe, dat gij Dien, Die spreekt, niet verwerpt; want indien dezen niet zijn ontvloden, die dengene verwierpen, welke op aarde Goddelijke antwoorden gaf, veelmeer zullen wij niet ontvlieden, zo wij ons van Dien afkeren, Die van de hemelen is;
Vergelijk ook:
De berg is een woord dat spreekt van macht en de oprichting van macht vanuit God.
In het nieuwe Testament word dit de gemeente ook met verschillende termen besproken, een belangrijke in deze kontext is ook Koll. 1: 13 waar gesproken word dat de gemeente het koninkrijk van Christus is.
Col 1:12 Dankende den Vader, Die ons bekwaam gemaakt heeft, om deel te hebben in de erve der heiligen in het licht;
Col 1:13 Die ons getrokken heeft uit de macht der duisternis, en overgezet heeft in het Koninkrijk van den Zoon Zijner liefde;
Openb 1:8 Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.
Openb 1:9 Ik, Johannes, die ook uw broeder ben, en medegenoot in de verdrukking, en in het Koninkrijk, en in de lijdzaamheid van Jezus Christus, was op het eiland, genaamd Patmos, om het Woord Gods, en om de getuigenis van Jezus Christus.
Kijk ook naar de volgende passage:
Mar 9:1 En Hij zeide tot hen: Voorwaar, Ik zeg u, dat er sommigen zijn van degenen, die hier staan, die den dood niet zullen smaken, totdat zij zullen hebben gezien, dat het Koninkrijk Gods met kracht gekomen is.
Het koninkrijk Gods zou komen in het leven van degene waar Jezus op dit moment mee sprak.
Jezus vertelde Zijn discipelen later dat Hem was gegeven “alle macht in hemel en op aarde”. (Matt. 28: 18)
Ook een belangrijke profetie uit Daniël spreekt over het koninkrijk dat niet zou vergaan, een koninkrijk dag in eeuwigheid zou bestaan.
Dan 2:44 Doch in de dagen van die koningen zal de God des hemels een Koninkrijk verwekken, dat in der eeuwigheid niet zal verstoord worden; en dat Koninkrijk zal aan geen ander volk overgelaten worden; het zal al die koninkrijken vermalen, en te niet doen, maar zelf zal het in alle eeuwigheid bestaan.
We zien dan ook dat dit koninkrijk nooit verloren zou gaan.
David en de heilige berg.
Verder heeft David hier over geschreven toen hij in Psalm 2 sprak dat God de koning (Christus) over Zion Zijn heilige berg heeft gezet.
Vers 7 van deze Psalm is vervuld in de opstanding van Christus.
We zien dan dat dit alles vervuld is in Christus.
Al de naties.
Psalm 22: 28; Jesaja 49: 6; Daniel 7: 13- 14
In de gemeente zien we dit vervuld.
Jesaja 11: 6- 10
We zien dat Paulus over deze woorden spreekt in Romeinen als zijnde vervuld in de gemeente.
God heeft de grootste vijanden van elkaar bij elkaar gebracht en vrede regeert in deze gemeente.
Geen wapens meer maar geestelijke wapens.